TRACTIEBLOK
Elke toepassing heeft zijn eigen batterijtypes. In het zware intern transport wordt gebruik gemaakt van tractiebatterijen. Deze zijn opgebouwd uit losse cellen in een container. Door het in serie schakelen van 2 Volt cellen worden batterijen gemaakt van 12, 24, 36, 48, 72 en 80 Volt. Doordat de cellen opgebouwd zijn met positieve buisjesplaten, ook wel pantserplaten genoemd, kan een groot aantal cycli bereikt worden. Positieve buisjesplaten in een kunststof bak met 3 of 6 cellen wordt een tractieblok genoemd.
Een buisjesplaat heeft een wezenlijk andere constructie dan een vlakplaat zoals van een semi-tractieaccu. De buisjes die aan elkaar zitten vormen de plaat. De buisjes worden gevuld met actief materiaal en in het midden zit een spijl, aan de bovenzijde verbonden en met een vaan.
Tractieblok vs. Semi-tractieblok
De buisjes zijn relatief dik. Hierdoor ligt de netto capaciteit van een tractieblok lager is dan die van een semitractieblok. Ook kunnen er minder platen per cel gemonteerd worden en leveren de buisjes een extra weerstand. Dit is zodat ook het hoogstroomvermogen minder is dan de vergelijkbare semi-tractiebatterij. Het aantal cycli tot 80% is echter minstens 2x zo hoog.